De Dicky van der Werfbaan aan de Leeuwarderweg was voor het laatst in 2019 een paar dagen open. Toch brandt er elke maandagochtend, de lockdownperiode uitgezonderd, licht in het clubgebouw. Vrijwilligers zijn het hele jaar in touw om de baan er mooi bij te laten liggen. ,,Zeg nou zelf, dit is toch de mooiste ijsbaan van Fryslân?”, stelt Jacob Akkerman, voorzitter van de club, met een retorische vraag.
Wat had hij de mannen van ijsclub Friso uit 1871 graag de hand geschud. Zij, veelal jonge mannen, zochten een alternatief voor de elitaire IJsvereeniging Sneek en richtten een eigen club op. Schaatsen moest voor iedereen zijn, dus hanteerden ze een veel lagere contributie. De club ontstond in het café. ,,Al in de negentiende eeuw werd er in Sneek volop geschaatst”, zegt Willem Altena. Hij schreef het boek We kenne skaatse! ter ere van het honderdvijftigjarig bestaan van de club.

Vrouwen in onderkleding aan de start op het Spoordok in 1900. Foto: uit besproken boek
Uren bracht Altena door in de archieven van het Fries Scheepvaart Museum. ,,Daar zijn dozen vol notulen en foto’s bewaard van de Sneker schaatsclubs.”
Hij trof er ook bewijs aan dat Sneek al vroeg een van de schaatsbolwerken van Nederland was, zeker wat betreft het hardrijden op de korte baan. Voetbal speelde toen nog geen enkele rol in Fryslân. Schaatsen was dé sport en vriezen deed het bijna elke winter wel.
Fusie
Uiteindelijk telde de stad drie ijsverenigingen. De huidige club ontstond na een fusie tussen Friso en De Friesche Jeugd. De IJsvereeniging Sneek was toen al ter ziele. ,,De twee overgebleven clubs waren af en toe zelfs verloofd en hadden trouwplannen, maar dan was er toch weer heibel en was de liefde weer over”, vat Altena de periode voor de fusie samen. Pas in 1969 fuseerden ze en kreeg de club de huidige naam IJsclub Sneek 1871. De club zat toen al geruime tijd op het huidige complex aan de Leeuwarderweg.

Jacob Akkerman (links) en Willem Altena voor het clubgebouw van ijsclub Sneek 1871. Foto: Simon Bleeker
Tegelijkertijd met zijn zoekwerk voor het boek stuitte Altena op een bijzonder document dat al jaren in de archieven van het Fries Museum verborgen lag. Een uitslagenlijst van een hardrijderij in Sneek uit 1805. De oudste van Nederland. Het document is in het boek opgenomen. Volgens Altena weer een bewijs van hoe belangrijk Sneek in de schaatswereld was én nog steeds is.
Want ook in de huidige tijd weet de ijsclub belangrijke wedstrijden naar zich toe te trekken. Akkerman denkt meteen aan de laatste officiële wedstrijd die op het Sneker ijs werd verreden. ,,De Friese kampioenschappen voor de jeugd voor meisjes in 2013. Duizenden mensen stonden er langs de kant. De toppers van nu kregen ook toen al de medailles: Femke Kok en Michelle de Jong.”
Op de schaatskalender krijgt IJsclub Sneek elk jaar wel een grote wedstrijd toebedeeld. Dat is niet zo vreemd, want met 250 bij 100 meter is de baan ruim genoeg. De baan is slechts vijftien centimeter diep en de vloer is snel en egaal bevroren. Alleen achteraan, bij de bomen, is de ijsdikte soms zwak. Maar de club is er elk jaar klaar voor. Met hulp van een vast team vrijwilligers. ,,Werk genoeg”, zegt Akkerman. ,,In de zomer moet het gras worden gemaaid, want de handboogclub maakt ook gebruik van de baan. Als de bladeren van de bomen vallen, begint het pas echt te kriebelen op de club. Half november wordt de baan onder water gezet en is het wachten op vorst. ,,Zes, zeven centimeter is genoeg om de baan te openen voor de jeugd.”

Drukte op het ijs in de winter van 2013. Foto: uit besproken boek
Zorgelijk
Zo mooi als de baan erbij ligt, zo zorgelijk is het gesteld met het aantal leden. ,,Vierhonderd hebben er we nu”, zegt Akkerman. ,,Dat is natuurlijk veel te weinig voor een stad als Sneek.”
Maar hij weet ook: als de vorst er is en er weer geschaatst kan worden, is het ledenaantal zo verdubbeld. Tien euro per jaar betaalt een gezin. Een schijntje. Maar het contributiegeld verhogen is geen optie. ,,Dat kunnen wij met ons sociale DNA namelijk niet maken.”
We kenne skaatse! Willem Altena. Uitgegeven door IJsclub Sneek 1871, 15 euro