Twents en Stellingwerfs, maar ook Berbers en Papiaments: het boekenweekgedicht van Tsjead Bruinja verschijnt in tientallen talen en dialecten

Tsead Bruinja.
Het initiatief begon met collegadichter Guillaume Pool die via Facebook een vertaling van het gedicht maakte naar het Sranan (een creoolse taal die in Suriname wordt gesproken). Daarna plaatste Bruinja, in Rinsumageast geboren en nu woonachtig in Amsterdam, een oproep op sociale media waarin hij vroeg om andere hertalingen in streektalen, dialecten en andere talen, het liefst met een gesproken opname.
Van Twents tot Afrikaans
Op Twitter deelde Bruinja de afgelopen dagen de verschillende vertalingen van het boekenweekgedicht. Zo staan er nu vertalingen in het Twents, Gronings, Drents en Afrikaans online. Iedere dag voegt Bruinja er twee toe. De komende dagen komen er nog hertalingen van het boekenweekgedicht in verschillende dialecten van het Limburgs (Kerkraads, Maastrichts, Heerlens) en in het Volendams, Stellingwerfs, Bildts en het Koerdisch.
Ook hebben volgers al laten weten dat er op dit moment gewerkt wordt aan vertalingen van het boekenweekgedicht in het Japans, Berbers, Zeeuws, Kollumerpompsters en Papiaments.
Vertel je verhaal in je eigen taal
Bruinja publiceerde vorig jaar De eerste bloemlezing van de Nederlandse poëzie - 101 gedichten uit het Koninkrijk van 1945 tot nu. In het boek besteedt de auteur aandacht aan alle talen waarin binnen het Koninkrijk der Nederlanden gedicht wordt. Volgens hem kunnen we alleen ,,het echte verhaal van Nederland vertellen door alle Nederlanders in hun eigen taal aan het woord te laten”.