Preken voor de timmerman in de City van Londen

De Nederlandse Kerk in Londen staat naast het gilde van de timmerlieden. De banden tussen de twee zijn warm. ,,Jij bent onze favoriete dominee en jullie zijn onze favoriete kerk, verklapte de gildemeester.”

Een fragment van het glas-in-loodraam in de Nederlandse kerk, dat Jezus samen met Jozef in de timmerwerkplaats toont.

Een fragment van het glas-in-loodraam in de Nederlandse kerk, dat Jezus samen met Jozef in de timmerwerkplaats toont. Foto: Bertjan van de Lagemaat

Er zijn vele manieren om over Jezus te spreken in een kerkdienst. We noemen hem in een viering soms Zoon van God, koning in een kribbe of visser van mensen. We zien hem in lezingen terugkomen als rabbi, Immanuel of Messias - en zo zijn er nog veel meer benamingen die langskomen in de eredienst.

In de Nederlandse Kerk in Londen wordt Jezus eens per jaar wel op een heel bijzondere manier aangesproken. In een speciale kerkdienst wordt er tot Jezus gebeden, waarbij hij wordt geadresseerd als de zoon van een timmerman. Dat gebeurt wanneer the Worshipful Company of Carpenters (het gilde van de timmerlieden) eind juli bij ons te gast is voor haar gebedsviering voorafgaande aan de verkiezing van hun nieuwe Master (gildemeester).

De City en haar gildes

Een dergelijke gebedsviering hoort bij de oude tradities die nog altijd in ere worden gehouden in de Londense City. De City vormt het oudste gedeelte van Londen met een geheel eigen bestuurscultuur die nog stamt uit de middeleeuwen.

In de vierkante mijl van de City gelden andere wetten en regels dan elders in Londen. De City heeft haar eigen politie en haar eigen burgemeester, the Lord Mayor, die ieder jaar wordt vervangen. Verder kent de City twee Sheriffs, een groep Aldermen, waarvan de benaming overeenkomt met onze ouderlingen en dan zijn er ook nog Common Councilmen (een soort van gemeenteraadsleden) en in deze hele bestuursstructuur spelen de gildes van de City een bepalende rol.

In de vierkante mijl van de City gelden andere wetten en regels dan elders in Londen

De Londense City werd niet geregeerd door de koning of door de kerk, maar door de plaatselijke ondernemers die zich verenigden in gildes. Tot op de dag van vandaag moet de koningin officieel toestemming vragen om de City te betreden. En het stadhuis van de City, dat nog altijd in gebruik is, werd in de middeleeuwen gebouwd in dezelfde stijl als een kerk. Maar in deze kerk waren niet de geestelijken, maar de ondernemers met hun gildes aan zet - het gemeentehuis heet niet voor niets the Guildhall. En waar we in kathedralen en kerken Bijbelse taferelen en heiligen in de glas-in-lood-ramen terug te vinden zijn, prijken hier de wapenschilden van de gildes aan de muren en als brandschildering in de ramen.

Oude banden

Vroeger moest je, om als ondernemer je ambacht uit te voeren, lid worden van een gilde. Zonder lidmaatschap kon je een eigen bedrijfje of werkplaats binnen de muren van de City wel vergeten.

Elk ambacht had zijn eigen gilde en in Londen bestaan ze nog altijd: de gildes van de lakenhandelaren, de wevers, de visverkopers, de goudsmeden en de timmerlieden, maar er worden ook nog altijd nieuwe gildes opgericht, zoals het gilde van de IT’ers. Lidmaatschap van een gilde is dan wel geen voorwaarde meer om hier je eigen bedrijf te beginnen, toch is het voor je aanzien en je invloed binnen de City van belang je aan te sluiten bij een gilde.

In de vierkante mijl van de City gelden andere wetten en regels dan elders in Londen

Omdat wij als Nederlandse Kerk al sinds 1550 aanwezig zijn in de City, zijn wij ook onderdeel van de bijzondere tradities. Als kerk zijn we directe buren van twee belangrijke gildes: die van de lakenhandelaren (drapers) en de timmerlieden (carpenters).

Met dat laatste gilde hebben we een bijzondere vriendschapsband. In de vijftiende eeuw waren er al een aantal belangrijke Nederlandse timmerlieden in de City actief binnen het gilde van de carpenters en met de komst van de Nederlandse Kerk werd die band verstevigd. In de jaren dat de grote zaal van de timmerlieden door brand was verwoest, werd de kerk gebruikt voor hun bijeenkomsten en omgekeerd mochten wij als kerk altijd een beroep doen op het gilde.

Koningin Juliana gebruikte de grote zaal van de carpenters om Koningin Elizabeth II een banket aan te bieden. Als dank werd zij tot erelid van het gilde gemaakt en ook de Nederlandse ambassadeur in Londen is automatisch lid van het gilde van de timmerlieden.

Gildepredikant

En ik, als predikant van de Nederlandse Kerk, mag mij officieus gildepredikant van de carpenters noemen. Niet officieel, want dat kan niet omdat wij geen onderdeel zijn van de Anglicaanse Kerk. Maar in de praktijk zijn wij de kerk van de timmerlieden.

Je vindt het terug in een prachtig glas-in-loodraam waar de jonge Jezus is afgebeeld samen met zijn vader Jozef in de timmerwerkplaats, maar ook in de stoelen in de kerk, de tafel waar we als kerkenraad aan vergaderen, de lessenaar en ons nieuwe doopvont. Het zijn allemaal geschenken van het gilde van de timmerlieden.

Als tegenprestatie verzorgen wij als kerk in juli de viering voorafgaande aan de verkiezing van de nieuwe gildemeester. De leden van het gilde komen, in vol ornaat, de kerk binnen, we zingen uit volle borst Engelse hymnes, ik preek speciaal voor hen in het Engels en bid hen aan het eind de zegen toe. Na afloop mag ik deelnemen aan het feestelijke banket dat na de verkiezing plaatsvindt.

Eigenlijk gebeurt dit om het jaar, want in het andere jaar is de Anglicaanse Kerk aan de beurt, maar nu was gekozen om opnieuw bij ons terug te komen. ,,Jij bent onze favoriete dominee en jullie zijn onze favoriete kerk”, verklapte de huidige gildemeester mij tijdens het diner. ,,Wat ons betreft komen we volgend jaar weer.”

Een mooi compliment en daarvoor spreek ik met alle liefde volgend jaar opnieuw een dankgebed uit waarbij ik Jezus aanspreek als de zoon van een timmerman.

Bertjan van de Lagemaat is predikant in de Nederlandse Kerk in Londen. Reacties: ds.vdlagemaat@ gmail.com

Nieuws

menu