De grutto centraal, maar óók rendabele melkveebedrijven
,,De befêstiging dat we op de goeie wei binne.” Zo reageert gedeputeerde Douwe Hoogland op de ontvangst van het Aanvalsplan Grutto, dat gistermiddag door initiatiefnemer Pieter Winsemius werd aangeboden aan minister Carola Schouten van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit.
Om de gruttostand op peil te houden moet per broedpaar minimaal 0,8 kuiken uitvliegen. Het Aanvalsplan Grutto wil de randvoorwaarden scheppen om dat mogelijk te maken. Foto: Marcel van Kammen
Hoogland keek samen met andere bestuurders, vertegenwoordigers van boeren- en natuurorganisaties mee via een videovergadering en constateerde dat de minister enthousiast is over de uitgangspunten van het plan.
Kort samengevat houdt dat in dat er in Fryslân, Noord- en Zuid-Holland, Utrecht, Groningen en Overijssel ongeveer dertig grote arealen (‘kansgebieden’ van minimaal duizend hectare met als kern een weidevogelreservaat van tweehonderd hectare) geselecteerd worden, waar inrichting en beheer optimaal ten dienste staan aan de grutto en andere weidevogels. Dat betekent onder meer dat het waterpeil er verhoogd wordt en dat predatoren tegengewerkt en desnoods bejaagd worden.
Vogelvriendelijk werken
Maar ook dat boeren er alleen vogelvriendelijk werken, door pas na het uitvliegen van de vogels te gaan maaien en begrazen, door ruige stalmest te gebruiken in plaats van injectie-drijfmest, kruiden en bloemen in te zaaien en gemiddeld slechts één rund per hectare te laten grazen. Dat alles moet rendabel worden dankzij een hogere beheersvergoeding, lagere waterschapslasten (het natuurtarief in plaats van het landbouwtarief) en een hogere verkoopprijs van de melk. En dit alles moet voor zeker vijftien jaar worden vastgelegd, om de deelnemende boeren voldoende perspectief te geven.
De minister gaf aan dat ze blij is met het perspectief dat het plan biedt voor natuur én landbouw
,,Wy kinne dat net allegear allinnich regelje, dêrom is it ek sa posityf dat alle stakeholders hjir tegearre foar gean wolle”, zegt Hoogland. Het aanvalsplan bevat de inbreng van onder meer de zes provincies, de provinciale landschappen en natuur- en milieufederaties, maar ook van de LTO en BoerenNatuur.
Breed gedragen
Echt breed gedragen dus, benadrukt directeur Hans van der Werf van de Friese Milieufederatie, die ook meedeed aan de online-bijeenkomst. ,,Dat ziet de minister natuurlijk ook. Ze gaf aan dat ze heel blij is met de integraliteit, het perspectief dat het biedt voor natuur én landbouw.” Geld toezeggen deed ze weliswaar niet – in een summiere schriftelijke reactie na afloop houdt ze het zelf op ‘laten we samen aan de slag gaan’ – maar dat ze het plan omarmt is al erg belangrijk, zeggen de beide Friezen.
,,Het rijk is de partij die kan zorgen dat de randvoorwaarden op orde komen én blijven”, zegt Van der Werf. De volgende stap is om de juiste gebieden te vinden – wat de FMF betreft ligt het eerste in Fryslân en worden er al bestaande beheersgebieden in opgenomen. Onvermijdelijk zullen er ook enkele huidige gebieden afvallen, waarschuwt Hoogland, ,,want it is no bot fersnippere.” In de volgend jaar te verschijnen Greidefûgelnota hoopt hij potentiële kansgebieden op te nemen.
Frontaal aanvalsplan voor het redden van de grutto
Willen we de weidevogels behouden, dan is er maar één mogelijke aanpak: een combinatie van stevige maatregelen, extra geld en een landelijke overheid die zorgt dat alle partijen evenwichtig samen kunnen werken. Het nieuwe plan bepleit een 'frontale aanval op verschillende fronten' om de grutto en andere weidevogels te redden.